In mijn vorige blog had ik het over mijn inspiratiebronnen. Ik sprak over mentors, mijn grote boekenkast en het feit dat inspiratie overal voor het rapen ligt. Over dit laatste ga ik nu eens zwaar nostalgisch doorbomen.
“Kijk papa hij kan VLIEGEN!”

Kaaik, kaaik, nen twiedekker!
Mijn vader's enige echte hobby was modelvliegtuigen maken. Als kleine jongen deed ik niets liever dan oorlogje spelen met zijn schaalmodellen. De 8-jarige in mij stond nooit stil bij de vele werkuren die mijn pa in die dingen stak, toen ik weer eens een noodlanding of luchtgevecht simuleerde. Mijn pa werd er gek van. De druppel was toen ik een B-24 Liberator voor zijn ogen de lucht in gooide met de kreet: ‘Kijk papa hij kan vliegen!’ Hij was toen bezig met zijn grootste model ooit (een C-130 Hercules van de RAF) en wilde mij duidelijk maken hoeveel tijd en moeite er in zo'n plastic schaalmodel kroop. Hij kocht mij een simpele kit en ik mocht naast hem aan tafel zitten. Hij zijn mastodont en ik een Nieuport 17 (een tweedekker uit WO I). Eens mijn maquette af begon ik er meteen mee te spelen. Ik vloog hem dezelfde dag nog total loss tijdens een luchtgevecht met de Rode Baron. Ik had de smaak te pakken.
Een deel van onze boodschappen deed ons gezin in de Inter Discount, een warenhuis op een boogscheut van ons huis. Om de een of andere reden hadden ze daar veel modelvliegtuigen van Matchbox. Ik ging dus maar al te graag mee met mama naar de winkel. Misschien had ik daar wel mijn allereerste ontmoetingen met doeltreffend en mooi grafisch design.

En… actie!
Terwijl mijn mama zorgde voor de inkopen, vergaapte ik me aan de tientallen modelvliegtuigen in de speelgoedrayon. Elke maand mocht ik een doos kiezen en deed vooraf altijd grondig research. Een tweedekker? Een WO II jachtvliegtuig? Een Sovjet Mig? Een moderne jet? Het was nooit makkelijk. Die verpakkingen deden hun best om zo verduiveld mogelijk aantrekkelijk te zijn.

Op de voorzijde stond een grote scene met het vliegtuig. Geen foto van het model of het echte vliegtuig. Neen een schilderij waar de actie van af spatte. Ontploffingen, luchtgevechten, scheervluchten! Een spektakel met als taak mij te doen wegdromen naar een wereld vol heldendaden. Als kind besefte ik het toen niet, maar dit waren echte kunstwerkjes.

Jaren later, toen mijn passie voor maquettes gekoeld was, ontdekte ik de man achter deze juweeltjes: Roy Huxley. De wijze waarop hij telkens weer mijn verbeelding prikkelde met zijn realistische actieschilderijen was verbluffend. Als kind zag ik in één beeld meer dan 1000 woorden.


De achterzijde stond in schril contrast met de voorkant. Die toonde klinisch droog de mogelijke versies van het vliegtuig in de doos. In één oogopslag kon je zien dat je voor de Mosquito als dag- en nachtbommenwerper kon kiezen. Naast de technische tekening was er altijd een venster waardoor je de inhoud kon zien. Je kon de details en de kwaliteit van de maquette checken zonder de doos open te doen. Zeer intelligente opbouw en vormgeving.
Merci Matchbox
Hoe bouw je een design op? Je zorgt voor een sprekend beeld. Iets dat verrast, belooft, aanspreekt. CHECK.
Je zet je logo op een dominante plaats. Het hoeft niet persé groot te staan, maar wel op de juiste plek. CHECK.
Je maakt duidelijk wat erin zit. CHECK.
Secundaire info (kwaliteit, inhoud, wettelijke teksten) geef je een correcte plaats. Niet bovenaan, niet fel, niet groot maar leesbaar. CHECK.
Je toont alle nodige info om de consument/toeschouwer te helpen. CHECK.
Kortom je vertelt het verhaal aan de hand van een duidelijke hiërarchie van de elementen.
Hoe stel je een project op? Want vergis je niet, zo'n modelvliegtuig bouwen vraagt planning. Aan de hand van een montagehandleiding selecteer je de nodige stukken en bereid je ze voor. Uitknippen, een beetje bijvijlen, de onderdelen monteren met zo weinig mogelijk lijmsporen. Shit, dàt luchtgrijs voor de romp heb ik niet! Naar de winkel met de rest van mijn zakgeld. Schilderen, laten drogen en dan eindigen met kokardes en kentekens. Elke fase moest kloppen. Net als bij een designproject.
Budgetbeheer? Ik kreeg zakgeld om mijn vliegtuigjes te kopen. Met dezelfde centen moest ik ook mijn gespecialiseerde verf en borstels kopen. Duurdere doos kopen? Dan moest ik er zeker van zijn dat ik de nodige verf al had, anders moest ik wachten tot de volgende maand om mijn model af te werken.
Als een klant mij een budget toevertrouwt dan moet ik daarmee zien rond te komen. Ga ik erover dan heb ik een probleem.
Als 12-jarige stond ik daar toen absoluut niet bij stil, maar Matchbox heeft mij als vormgever beïnvloed. Toegegeven, een kunstenaar als Huxley ben ik nooit geworden, maar het vernuft van die verpakkingen en de discipline van maquettes bouwen hebben me geholpen om de pro te worden die ik vandaag ben. Als grafisch ontwerper heb ik er een combinatie van creativiteit, idee, communicatie, kleur, typografie, methode en werkethiek uit geleerd. Die drive en instelling heb ik deels geleerd door vliegtuigjes in elkaar te plakken, daar ben ik rotsvast van overtuigd.
Comments